Kantonrechtersformule
De kantonrechtersformule is een formule om ontslagvergoedingen te berekenen. Deze formule is echter met ingang van 1 juli 2015 vervallen en vervangen door de transitievergoeding. Desondanks komt de kantonrechtersformule nog regelmatig terug in een met een werknemer gesloten vaststellingsovereenkomst ter beëindiging van zijn of haar dienstverband. Daarnaast is de kantonrechtersformule met regelmaat nog terug te vinden in een sociaal plan.
De kantonrechtersformule
De kantonrechtersformule luidde als volgt: A x B x C = ontslagvergoeding.
De ‘A’ in de kantonrechterformule
A stond voor de gewogen dienstjaren op de beëindigingsdatum, afgerond op hele jaren. Totdat een werknemer 35 werd telde ieder gewerkt jaar als een half en vanaf 35 tot 45 jaar telde een gewerkt jaar voor 1, voorts telde een gewerkt jaar van 45 tot 55 jaar voor 1 ½ en tot slot telde een gewerkt jaar vanaf het 55ste jaar voor 2.
De ‘B’ in de kantonrechterformule
B hierbij werd uitgegaan van bruto maandloon dat werd vermeerderd met vaste componenten zoals vakantiegeld, een vaste dertiende maand , een structurele overwerkvergoeding en een vaste ploegentoeslag.
De ‘C’ in de kantonrechterformule
C gold als de zogeheten correctiefactor. 1 betrof een neutrale factor, bijvoorbeeld in het geval van een ontslag vanwege bedrijfseconomisch redenen. Een kantonrechter kon echter ook een andere factor hanteren, bijvoorbeeld in het geval dat er sprake was van verwijtbaarheid aan de zijde van de werknemer. In dat geval werd de correctiefactor op lager dan 1 gesteld. Het was hierbij zelfs mogelijk om de correctiefactor op 0 te stellen waardoor een werknemer dus geen recht had op een vergoeding. In het geval er sprake was van verwijtbaarheid aan de zijde van de werkgever kon de correctiefactor op meer dan 1 worden gesteld.